Backović t. Servië (nr. 2), EHRM 8 april 2025, nr. 47600/17
In processtukken in hoger beroep heeft Backović de rechters in eerste aanleg stevig aangevallen. Zo kwalificeerde hij de uitspraak als ‘supreme nonsense’, en zei hij dat, of de uitspraak nu was gedaan uit kwaadaardigheid of onbenul, die in ieder geval onverenigbaar was met de professionaliteit van de rechterlijke macht. Voor deze uitlatingen heeft hij een boete opgelegd gekregen. Het EHRM acht dat niet onredelijk gelet op de gebruikte bewoordingen en de aantasting van de rechterlijke professionaliteit die daaruit blijkt. Art. 10 EVRM is door de boeteoplegging dan ook niet geschonden.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 08-04-2025