Diaconeasa t. Roemenië, EHRM 20 februari 2024, nr. 53162/21
Door een beroerte is klaagster ernstig lichamelijk gehandicapt geraakt; zij kon niet meer goed voor zichzelf zorgen, praten en bewegen. Aanvankelijk hadden de nationale autoriteiten haar daarom persoonlijke assistentie toegekend. Dit besluit werd in 2017 gewijzigd na een herbeoordeling van haar situatie. Het Hof benadrukt dat, mede gelet op het VN-Gehandicaptenverdrag, mensen met een handicap zo goed mogelijk in staat moeten worden gesteld autonoom te leven. Nu bij de herbeoordeling onvoldoende rekening is gehouden met klaagsters zorg- en assistentiebehoefte, zijn haar autonomie en waardigheid aangetast. Daardoor is ongerechtvaardigd inbreuk gemaakt op haar privéleven, in strijd met art. 8 EVRM.
Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 20-02-2024